8. Volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en stedelijke vernieuwing

Wat doen we?

Naam resultaat

Status 1e VGR

Status 2e VGR

8.1.1 Wij actualiseren de woonvisies

2023-2024

8.1.2 Wij zetten een doorstroommakelaar in

2023-2026

8.1.3 Wij maken jaarlijks prestatieafspraken met woningcorporaties

2023e.v.

8.1.4 Wij stellen een woningbouwplan voor een continue bouwstroom op en geven uitvoering aan dit plan

2022-2026

8.2.1 Wij nemen deel aan de Groene Metropool Regio: opgave Groene Groeiregio

2023-2025

8.2.2 Wij geven uitvoering aan de Omgevingswet

2022-2026

8.2.3 Wij intensiveren participatie bij ruimtelijke plannen en wonen

2022-2026

8.2.4 Wij werken samen met partners aan de realisering van het Rivierklimaatpark

2022e.v.

8.1 Zorgen voor een geschikte woning voor iedereen

8.1.1 Wij actualiseren de woonvisies

2023-2024

Bij de actualisatie van onze woonvisies kijken we kritisch naar de bestaande beleidsregels: waar zitten belemmeringen en knelpunten. We zetten in op sneller en efficiënter werken. We nemen de woonbehoefte van specifieke doelgroepen zoals spoedzoekers, jongeren, CPO-initiatiefnemers, statushouders, 'reizigers', woon-zorgvragers en arbeidsmigranten mee. Ook nemen we de kwaliteit van de bestaande voorraad en verduurzaming mee. We stimuleren het toevoegen van meer levensloopbestendige woningen of het levensloopbestendig maken van de huidige voorraad, maar ook versnelde realisatie van flexwoningen nemen we hierin mee.

Status
1e VGR

Status
2e VGR

Stand van zaken

Volgens plan

Volgens plan

De raad is geïnformeerd over het proces en de planning door middel van een raadinformatiebrief.

8.1.2 Wij zetten een doorstroommakelaar in

2023-2026

Een doorstroommakelaar adviseert inwoners (op eigen verzoek) over welke woonsituatie het beste bij hen past. We vragen hiervoor bij een provincie een bijdrage aan vanuit de Verhuiscoachregeling.

Status
1e VGR

Status
2e VGR

Stand van zaken

Volgens plan

Niet volgens plan

In het collegeprogramma staat vermeld dat er geëxperimenteerd zal worden met een doorstroommakelaar. Wij achten het juiste moment nog niet aangebroken om hiermee van start te gaan. Ons eerste doel is om het woonbeleid te actualiseren met een nieuwe woon(zorg)visie. Aansluitend gaan we in kaart brengen welke woningen geschikt (te maken) zijn voor de doelgroep en hoe we nieuwe woningen kunnen realiseren om doorstroming te bevorderen. Nadat deze stappen zijn gezet, kunnen we onderzoeken op welke manier de "doorstroommakelaar" het meest effectief kan worden ingezet.

Voorstel raad

In deze voortgangsrapportage ramen we in zowel 2023 als 2025 € 45.000 af met dekking uit de algemene reserve.

8.1.3 Wij maken jaarlijks prestatieafspraken met woningcorporaties

2023-e.v.

In de prestatieafspraken met de woningcorporaties zetten we in op het toevoegen van sociale huurwoningen (30% van de toegevoegde woningvoorraad) en middeldure huurwoningen. Daarnaast zetten we in op verduurzaming bij bestaande woningen en bespreken we de rollen, taken en verantwoordelijkheden van de corporaties.
In de raamovereenkomst met de corporaties is 25% sociale huur opgenomen, deze passen we aan naar 30%. Wij hebben geen beleid op middeldure woningen, dit is ook niet opgenomen in woonvisies. Dat gaan we nu wel doen. Hiervoor is het nodig om de woonvisies te actualiseren. Daarin gaan we opnieuw de definitie bepalen van wat we betaalbaar vinden, rekening houdend met de huidige marktsituatie en prijsontwikkeling. Daarbij kijken we ook naar instrumenten zoals erfpacht en startersleningen.

Status
1e VGR

Status
2e VGR

Stand van zaken

Volgens plan

Volgens plan

Samen met de corporaties zijn wij van mening dat de jaarlijks te maken prestatieafspraken aan kwalitatieve vernieuwing en verbetering toe zijn. We hebben afgesproken de prestatieafspraken vanaf 2024 op een andere manier in te vullen. Doelstelling is de afspraken scherper en meer resultaatgericht te maken op verschillende gebieden, waaronder de ontwikkeling van de woningvoorraad, verduurzamingsplannen en sociaal-maatschappelijke vraagstukken. De nieuwe woon(zorg)visie die we gaan opstellen, zal ons de komende jaren ondersteunen door gezamenlijk de visie op de volkshuisvestelijke taken beter te formuleren.

8.1.4 Wij stellen een woningbouwplan voor een continue bouwstroom op en geven uitvoering aan dit plan

2022-2026

In dit plan staat aangegeven welke woningbouw (nieuwbouw) op welke locaties de komende jaren plaatsvindt. Dit plan is afgestemd op de woningbouwbehoefte.
Wij streven naar een continue bouwstroom door het toevoegen van 150-200 woningen per jaar. Wij kijken naar mogelijkheden om woningen sneller te realiseren. Bouwen met nieuwe technieken, bijvoorbeeld fabrieksmatig (prefab) en alternatieve materialen zoals hout, bieden kansen voor versnelling van de realisatietijd. Daarnaast bekijken we hoe wij het proces nog effectiever kunnen inrichten.
Voor leegkomende of leegstaande gebouwen bekijken we of deze een nieuwe functie kunnen krijgen, bij voorkeur wonen. We gaan hiervoor het gesprek aan met eigenaren van leegstaande objecten om te kijken of deze zich lenen voor functieverandering. Dit kan het geval zijn voor individuele objecten maar ook voor een groter gebied dat om herstructurering vraagt. Als het om ons eigen vastgoed gaat zetten we in op een combinatie van maatschappelijke functies en wonen.
Er moet voldoende capaciteit zijn om goed uitvoering te kunnen geven aan de ambitieuze bouwopgaven (meer bouwen, strakke vergunningverlening) en om uitvoering te kunnen geven aan de Omgevingswet (o.a. kortere procedures, participatie, integrale besluitvorming).

Status
1e VGR

Status
2e VGR

Stand van zaken

Volgens plan

Niet volgens plan

De ambitie voor de woningbouw is het toevoegen van 150 tot 200 woningen per jaar. Tot nu toe zijn er 44 woningen in 2023 opgeleverd en wij verwachten dit jaar in totaal 100 woningen op te leveren. Het aantal te realiseren woningen verloopt niet volgens plan vanwege een aantal complicerende ontwikkelingen op de woningmarkt. Naast de bekende problemen met betrekking tot hoge bouw- en materiaalkosten, gebrek aan personeel, beperking van de leencapaciteit van kopers en de beschikbaarheid van energie, ervaren wij de meeste last van de afhankelijkheid van externe partijen door het ontbreken van eigen grondposities. We zijn derhalve hard aan het werk om een meer situationeel grondbeleid te gaan voeren door actief gronden voor toekomstige woningbouwontwikkelingen aan te kopen. Dit alles met als doel om meer regie te kunnen voeren op de woningbouwproductie.

Voorstel raad

Wij leggen u in het vierde kwartaal 2022 een raadsvoorstel voor dat ziet op de evaluatie van het door u op 19 oktober 2022 vastgestelde plan Woningbouw 2022.

8.2 Uitvoeren van de Omgevingswet en ruimtelijke projecten

8.2.1 Wij nemen deel aan de Groene Metropool Regio: opgave Groene Groeiregio

2023-2025

Regionale samenwerking is belangrijk om doelstellingen te behalen die wij niet op lokale schaal kunnen bereiken. In de regio geven we uitvoering aan twee speerpunten:

  • Wonen in balans: Versnellen van de woningbouw (uitvoering Woondeal).
  • Leefomgeving: Verbinden van de ruimtelijke opgaven (Opstellen verstedelijkingsstrategie en het ondertekenen van het verstedelijkingsakkoord).

Status
1e VGR

Status
2e VGR

Stand van zaken

Volgens plan

Volgens plan

Woondeal
In maart 2023 is de Woondeal 2.0 ondertekend, met als voornaamste doel de versnelling van woningbouw, het aanpakken van woningnood en het realiseren van betaalbare woningen. Deze nieuwe woondeal legt ook de nadruk op de aandacht voor conceptueel circulair bouwen en huisvesting van aandachtsgroepen. Tegelijkertijd wordt er momenteel gewerkt aan een regionale woonzorgvisie, die parallel daaraan wordt uitgevoerd binnen de gemeente zelf.
Om de ambitie te verwezenlijken om 150 tot 200 woningen te realiseren, waarvan 2/3 in het betaalbare segment, neemt ons regieteam actief de regie op de woningbouwprojecten. De woondeal biedt ook de mogelijkheid tot het delen van kennis en het inhuren van expertise o.a. via de flexpool. Deze is ingezet voor het Flexwonen en voor een locatiestudie voor de woonwagenlocaties. Bovendien wordt de circulaire impactladder geïmplementeerd in diverse projecten. De vernieuwde woondeal erkent de aanzienlijke uitdagingen op het gebied van woningbouw, bouwt voort op de samenwerking vanuit 2020 en versterkt het partnerschap tussen verschillende partijen. Dit draagt bij aan continuïteit en zekerheid voor zowel marktpartijen als woningcorporaties.

Leefomgeving
Verbinding van de ruimtelijke opgaven in regionaal verband. Het gaat hier om de uitwerking van de gebiedsvisies deelgebied De Liemers en het opstellen en vaststellen van het regioarrangement, voortvloeiend uit de Verstedelijkingsstrategie die eind 2022 door de raad is vastgesteld.

8.2.2 Wij geven uitvoering aan de Omgevingswet

2022-2026

Naar verwachting treedt op 1 januari 2023 de Omgevingswet in werking. Of dat ook de definitieve datum is, zal in oktober blijken. Belangrijk is namelijk dat de ICT-problemen verholpen zijn. De implementatie van de Omgevingswet heeft een structureel effect op de gemeente als organisatie (groeiende, krimpende en veranderende capaciteit, legesopbrengsten, vervallen taken en nieuwe taken). Daarbij biedt de stelselwijziging veel decentrale beleidsruimte (keuzevrijheid) die effect gaat hebben op de organisatie en de financiën. De VNG heeft in samenwerking met een aantal gemeenten het Structureel Effectenmodel Omgevingswet ontwikkeld. Aan de hand van dit model zijn de structurele effecten van de Omgevingswet in beeld gebracht. Omdat er nog inhoudelijke beleidskeuzes gemaakt moeten worden is uitgegaan van een aantal aannames over o.a. vroegtijdige participatie, overname van de zogenaamde bruidsschat en de opzet van de nieuwe omgevingsplannen (globaal of gedetailleerd). De beschikbaar gestelde budgetten voor de invoering van de Omgevingswet zijn deels nog beschikbaar voor de transitiefase, maar behoeven wellicht nog aanvulling.

De Omgevingswet vereist het vaststellen van een omgevingsvisie en 1 omgevingsplan voor het gehele grondgebied van de gemeente. Bij het opstellen van de omgevingsvisie en het omgevingsplan onderzoeken we ook de mogelijkheden voor welstandsvrij bouwen en houden we de taakstelling van de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit tegen het licht. Ook verkennen we of (gedeelten van) werklocaties te transformeren zijn naar woongebieden.

Status
1e VGR

Status
2e VGR

Stand van zaken

Niet volgens plan

Volgens plan

De invoering van de Omgevingswet zal per 1 januari 2024 plaatsvinden. Aan de hand van het Structureel Effectenmodel Omgevingswet zijn de effecten voor de gemeente Zevenaar in beeld gebracht. Dit heeft tot aanpassing van een aantal budgetten aanleiding gegeven die structureel verwerkt zijn in de begroting. Voor de transitiefase zijn de belangrijkste stappen nu gezet en is de aandacht gericht op de verwerking van aanvragen en de afhandeling daarvan binnen de daarvoor gestelde termijn. Ook zijn de noodzakelijke verordeningen aangepast en vastgesteld.

De Omgevingswet vereist het vaststellen van een omgevingsvisie en 1 omgevingsplan voor het gehele grondgebied van de gemeente. De Omgevingsvisie zal in 2024 ter vaststelling worden aangeboden. Bij het in werking treden van de Omgevingswet heeft elke gemeente direct een Omgevingsplan van rechtswege. Dit zal bestaan uit de (ruimtelijke) regels uit verschillende vervallen instrumenten (o.a. bestemmingsplannen) en de vervallen rijksregels over activiteiten. Tot 1 januari 2032 heeft de gemeente vervolgens de tijd om het tijdelijke deel van het omgevingsplan en andere regels over de fysieke leefomgeving om te zetten naar een nieuw omgevingsplan.

8.2.3 Wij intensiveren participatie bij ruimtelijke plannen en wonen

2022-2026

Inwoners betrekken we meer en op het juiste moment bij de ruimtelijke ordening en wonen o.a. bij gebiedsgericht werken, omgevingsvisie en bouwplannen. Dit sluit aan op het nog op te stellen gemeentebrede participatiebeleid. Voor het toetsen van initiatieven werken wij met de omgevingstafel. Een omgevingstafel is een overlegstructuur waarbij een initiatief voor een ruimtelijk project vanuit verschillende invalshoeken (o.a. ruimtelijk, wonen, natuur, milieu, fysieke en sociale leefomgeving) wordt bekeken en beoordeeld. Deze is nog zeer intern gericht, maar gaan we uitbreiden en meer naar buiten richten.
Wij kijken kritisch naar het idee van de conceptaanvraag zoals wij deze momenteel hanteren. We toetsen in een vroeg stadium (idee fase) het initiatief op kansrijkheid. Hierdoor geven we wooninitiatieven van inwoners en ontwikkelaars meer kans en we kunnen sneller besluiten. Ook voorkomen we hiermee dat een initiatiefnemer veel voorbereidingskosten moet maken. Bij het herinrichten van een wijk, zetten we in op wijkgericht werken.

Status
1e VGR

Status
2e VGR

Stand van zaken

Volgens plan

Volgens plan

Woningbouwplannen
Om de plannen te beoordelen, maken we momenteel actief gebruik van de omgevingstafel. Deze aanpak is momenteel voornamelijk intern gericht, maar we gaan deze uitbreiden naar externe partijen. Tijdens de omgevingstafel worden de aanvragen integraal besproken en voorzien van een advies voor verdere behandeling.

Locaties voor reizigers (woonwagens)
Voor het vraagstuk rondom woonwagenlocaties hebben we een plan opgesteld. Het doel van dit plan is om standplaatsen voor woonwagens te ontwikkelen en te kunnen voorzien in de behoefte aan standplaatsen op bestaande locaties of nieuwe locaties. Onlangs heeft er een eerste bijeenkomst plaatsgevonden met woonwagenbewoners en belanghebbenden die momenteel in reguliere woningen wonen maar graag in een woonwagen willen wonen. Dit proces zal de komende periode verder worden voortgezet.

Integraal werken met een wijkplan
Er zijn twee pilots uitgevoerd om dit te onderzoeken. Eén pilot vond plaats in de wijk De Methen en een andere in Babberich. De pilot in De Methen is bijna afgerond en zal binnenkort aan het college worden voorgelegd. De afronding van het wijkplan voor Babberich staat gepland voor het 3e kwartaal en zal ook aan het college worden voorgelegd. Beide pilots worden geëvalueerd om een weloverwogen keuze te maken tussen wijkgericht werken en integraal werken met een wijkplan.

8.2.4 Wij werken samen met partners aan de realisering van het Rivierklimaatpark

2022-e.v.

Op basis van de samenwerkingsovereenkomst die in oktober 2020 gesloten is met de gemeenten Arnhem, Duiven, Rheden, Westervoort, het waterschap Rijn en IJssel, de provincie Gelderland, de staat der Nederlanden en Natuurmonumenten nemen we in 2022 een besluit over toezegging van financiën voor de uitvoering van maatregelen in het Rivierklimaatpark. Van de gemeente Zevenaar wordt een bijdrage verwacht voor

  • Het verbeteren (verkeersveiliger maken) van de Marsweg.
  • De opwaardering van de entrees van het gebied.
  • Een algemene kwaliteitsimpuls.
  • De aanleg van struinroutes.

Status
1e VGR

Status
2e VGR

Stand van zaken

Volgens plan

Volgens plan

In maart 2023 is een samenwerking van ingenieursbureaus gestart voor de verdere uitwerking van de voorkeursvariant. Begin 2024 wordt de Notitie Reikwijdte en Detailniveau vastgesteld, waarin is opgenomen welke onderzoeken worden gedaan voor de M.E.R. om te komen tot verdere planvorming en realisatie. De planning is erop gericht om eind 2026 de definitieve plannen ter inzage te leggen en in 2027 te starten met de uitvoering. De uitvoering staat gepland van 2027 tot en met 2029.

Deze pagina is gebouwd op 09/18/2023 14:36:48 met de export van 09/18/2023 14:22:48